vrijdag, april 19, 2013

De geest van de Novus Ordo

De Novus Ordo is niet uit de lucht komen vallen maar werd in fasen voorbereid sinds op 28 mei 1948 Pius XII een commissie instelde ter hervorming van de liturgie met als secretaris Annibale Bugnini. De eerste  vrucht van deze commissie was de nieuwe Paaswake in 1951 waarover Bugnini in 1955, bij de hervorming van de gehele Goede Week, zou zeggen dat dit de "eerste stap" was naar een algehele hervorming van de liturgie (zie A. Bugnini & C. Braga, Ordo Hebdomadae Sanctae Instauratus Commentarium, Rome 1955, p. 4: "Decretum 'Maxima redemptionis nostrae mysterium', die 16 novembris 1955 a S.C.Rituum promulgatum, tertius est gressus erga instaurationem liturgicam generalem; primus est solemnis vigilia paschalis (a.1951); secundus, rubricae simplificatae (1955); tertius, Ordo hebdomadae sanctae.")

Deze commentaren van Bugnini, zijn assistent Carlo Braga en andere leden van deze commissie en van het latere Consilium, opgericht in 1964 "ad exequendam Constitutionem de sacra liturgia" zijn van centraal belang voor een goed inzicht in de geest van de Novus Ordo. Wat bewoog de 'specialisten' bij het schrappen van gebeden en riten en bij het knip- en plakwerk waarmee gebeden uit sacramentaria werden in elkaar geschoven? De memoires van Bugnini (La riforma liturgica (1948-1975), Rome 1983); hiervan bestaat ook een Duitse vertaling) geven maar één perspectief weer.

Een andere bron is het tijdschrift Ephemerides Liturgicae, het officieuze spreekorgaan van Bugnini. Het zou interessant zijn om in de jaargangen 1948-1975 de vele commentaren op de liturgische hervorming door leden van het Consilium (voor de leden zie Bugnini, La riforma liturgica) in dit tijdschrift na te gaan om de beweegredenen van de hervorming op het spoor te komen.

Een voorbeeld. Diens assistent en net als Bugnini Lazarist, Carlo Braga C.M.schrijft in 1970 ('Il nuovo Messale Romano', Ephemerides Liturgicae 84 (1970) 249-274, hier p. 272) over de beweegredenen voor de introductie en het schrappen van gebeden. "Natuurlijk", zo schrijft hij, konden uit de schat van gebeden uit de geschiedenis enkel die gebeden weerhouden worden "die nu nog een pastorale waarde hebben voor de hedendaagse mens". En de overname van oude gebeden, zonder die te veranderen, zou moeilijkheden geschapen hebben voor "de psychologie van de mens die andere problemen ervaart, een andere wijze van denken heeft en die in een andere materiële en disciplinaire wereld leeft".

Met dit argument wordt een voortdurende liturgische hervorming gerechtvaardigd maar ook een hervorming van de hervorming!

Hier is de bron:

Geen opmerkingen: